Visie Groen Oostende voor de Internationale Luchthaven Oostende-Brugge

21 Februari 2012

Groen pleit voor een frisse, creatieve kijk op de luchthaven. Gebaseerd op de feiten. Welke feiten? Eén, het grondgebied van Oostende is klein, want we worden ingesloten door zee en haven. De luchthaven legt beslag op bijna 350 ha grond. Dit biedt enorme mogelijkheden. Groen vindt het tijd om eindelijk van die mogelijkheden gebruik te maken.Twee, de luchthaven is een economisch fiasco. De goed nieuwsshow van de Oostendse luchthaven kan gemakkelijk ontkracht worden. Niet alleen is de luchthaven al jaren zwaar verlieslatend, maar ze levert relatief weinig werkgelegenheid op: 1 job per hectare. Grond moet voor Groen meer jobs opbrengen.

Drie, er zijn grenzen aan wat mensen en milieu kunnen verdragen. Op 50 meter van de luchthaven liggen de eerste woningen. Dat zorgt niet alleen voor een constant risico op lawaaihinder en kerosinestank, maar maakt een uitbreiding van de luchthaven onrealistisch.

Vier, in tijden van conflict wordt de luchthaven gebruikt door de NAVO en het Amerikaanse leger. Dit was zo bij de oorlog in Irak, straks misschien bij een inval in Iran of Syrië. Als vredespartij verzet Groen zich tegen zo'n militaire 'vrijhaven'.

 

De luchthaven van Oostende heeft voor Groen nog een toekomst. Maar dan wel onder bepaalde voorwaarden en met aanpassingen. Groen wil de bestaande luchthaven niet uitbreiden maar wel zorgen dat er geen enkele job verloren gaat en zelfs jobs kunnen bijkomen.

 

Groen wil de luchthaven inperken en concentreren rond enkele pijlers:

  • Opleiding en onderzoek: een Vlaams onderzoekscentrum voor de luchtvaart, opleiding voor piloten, opleiding in vliegtuigtechnieken
  • Passagiersvluchten: Groen wenst de nadruk te leggen op passagiersvluchten. Oostende LH wordt een kleine toeristen- en zakenluchthaven voor vluchten van minstens 500 km, voor zover er geen andere ecologische alternatieven zijn
  • Beperkt vrachtverkeer moet overdag gebeuren met moderne, stille vliegtuigen en wordt beperkt gezien de ligging vlakbij de stad

 

Vlaanderen heeft nood aan een onderzoekscentrum voor de luchtvaart. Er kan onderzoek worden verricht naar logistiek, milieuvriendelijke luchtvaart (stillere, milieuvriendelijkere motoren en onderzoek naar waterstof als brandstof). Er is een koppeling mogelijk met hernieuwbare energie. Waterstof moet worden aangemaakt met elektriciteit en die kan geleverd worden door windmolens. Samenwerking met Greenbridge is aangewezen.

De Oostendse hogeschool kan een rol spelen in dit onderzoekscentrum. Zij zou ook naar een oplossing kunnen zoeken voor de overlast van kerosinegeur rond luchthavens. De meerwaarde van dit onderzoekscentrum zou groot zijn voor Oostende. Het zou ook jobs opleveren voor zowel hoger als lager geschoolden.

 

In het kader van de huidige ontwikkelingen in het cruisetoerisme zou de luchthaven hier kunnen in meespelen door haar snelle afwerking van het in- en uitchecken van passagiers. De haven van Oostende wordt heden op de ontvangst van grotere cruiseschepen voorbereid.

Een carrier (zoals b.v. Jetair) zou daar mee van kunnen profiteren en zijn aanbod in bestemmingen uitbreiden.

 

Voor de ontsluiting van de luchthaven moet er een betere verbinding komen naar de zeehaven en het station. Voor passagiers zou de kusttram via een bocht de luchthaven kunnen aandoen. Vrachtverkeer dient te worden omgeleid via de oprit van de autostrade te Gistel.

 

Omwille van de ligging van de luchthaven in een dichtbevolkte omgeving is het duidelijk dat een grote ontwikkeling van de luchthaven niet realistisch is. Groen maakt in dat verband geen onderscheid tussen vracht- en passagiersvluchten. Alle vluchten moeten overdag plaatsvinden (minstens 8 uren geen vluchten). Daarbij moeten de geluidsnormen en de normen van het pieklawaai opgelegd door de Wereldgezondheids-organisatie gerespecteerd worden en moeten de risico's en geurhinder aangepakt worden. Er kan opleiding gegeven worden, waarbij de rol hierin van Wevelgem kan worden overgenomen. Vrachttransport dat niet rendabel is en voor teveel hinder zorgt moet verdwijnen. Ander kwalitatief beter transport kan worden aangetrokken zoals bijvoorbeeld medisch transport (wat nu o.a. in Wevelgem gebeurt) en transport van hulpgoederen.

 

De terreinen van de luchthaven kunnen met 1/3de verminderen. Vrijgekomen ruimte wil Groen  invullen als groene zone of indien daar behoefte aan is, ruimte voor een KMO-zone.

 

De luchthaven moet economisch rendabel worden. Groen ondersteunt de visie om de exploitatie en de infrastructuur van de luchthaven te splitsen. De LOM (Luchtvaart ontwikkelingsmaatschappij) moet van de overheid blijven en instaan voor de infrastructuur. Daarop moeten de nodige controles worden uitgevoerd.

De LEM (Luchthaven Exploitatiemaatschappij) moet de luchthaven uitbaten en promoten.

Daarin moeten private partners kostendelend participeren en er moet voor de uitbating een duidelijk strategisch plan worden opgesteld.

 

 

 

Luchthaven Oostende: enkele cijfers

 

In totaal kreeg de luchthaven Oostende in de periode 2000-2009 66 miljoen euro aan exploitatie- en investeringsdotaties. Dat blijkt uit een doorlichting in 2011 van de jaarrekening. In diezelfde periode realiseerde de luchthaven een omzet (exclusief dotaties) van amper 50 miljoen Euro. Voor 2009 gaat het om een totaal subsidiebedrag van bijna 8 miljoen euro.

 

Oostende kreeg in de vorige tien jaar 33 miljoen euro exploitatiesubsidies, een verdriedubbeling in 2009 tov 2000. Het gaat om 4,9 miljoen euro in 2009. Zonder deze exploitatiesubsidies is er geen enkele kans dat de Oostendse luchthaven overleeft, want de eigen omzet zonder de exploitaties bedraagt minder dan de subsidies, namelijk 4,5 miljoen euro. Dat is zelfs niet voldoende om de personeelskosten te betalen (meer dan 6 miljoen euro in 2009). De jaarlijkse omzetgroei in de afgelopen tien jaar bedraagt amper 1,62%. De eigen activiteiten blijven dus stabiel op een laag niveau, dat zich zelfs onder het inflatieniveau bevindt. Met andere woorden, in reële cijfers verminderde de omzet. De winst van de luchthaven in 2009 bedroeg 1 miljoen euro, maar dat is alleen dankzij de exploitatiesubsidie van 4,9 miljoen euro. Zonder deze subsidie, zou de luchthaven uitkomen op een exploitatieverlies van 3,9 miljoen euro. Het is normaal dat de overheid de infrastructuur en gebouwen subsidieert, maar de uitbating van een luchthaven moet rendabel zijn. Jaar na jaar draait de luchthaven echter op een structureel verlies.

Als de luchthaven de eigen personeelkosten nog niet kan dekken, mag het niet verbazen dat ze voor infrastructuurwerken volledig afhankelijk is van de Vlaamse overheid. In 2009 kreeg de luchthaven Oostende een investeringsdotatie van 2,9 miljoen euro. In de afgelopen tien jaar gaat het om een bedrag van 34 miljoen euro.

Uit al deze cijfers blijkt dus dat de luchthaven Oostende veel te weinig activiteit en eigen opbrengsten genereert. Het aantal bewegingen bleef de voorbije tien jaar min of meer stabiel. Het aantal passagiers steeg wel zeer sterk, maar het vrachtvervoer ging duidelijk achteruit. De Oostendse luchthaven ligt aan het infuus om in leven in te blijven.

 

Vergelijking Wevelgem-Oostende-Lesquin:

 

 

Aantal vliegbewegingen

Aantal passagiers

Vracht (ton)

Kortrijk-Wevelgem (2005)

28.542

61.526

500

Kortrijk-Wevelgem

(2000)

38.771

83.134

 

Oostende (2012)

 

232.682 (+9% tov 2011) 

57.000 (-10% tov 2011)

Oostende

(2005)

25.132

126.144

108.260

Oostende

(2000)

44.060

123.984

93.472

 

 

 

 

Lesquin

(2004)

 

219.480

55.787